Ga naar inhoud

Zeddam

Voorafgaand aan de aanleg van de rondweg ten oosten van Zeddam kwamen archeologen sporen van nederzettingen tegen uit de ijzertijd en Romeinse tijd. Het bijzondere aan Zeddam is dat we hier te maken hebben met een min of meer continue bewoning vanaf de vroege ijzertijd (rond 1000 v.Chr.) tot en met de midden-Romeinse tijd (iets na 250), zodat je wellicht van ‘oorspronkelijke bewoners’ kunt spreken. De meeste andere Germaanse/Frankische nederzettingen in Gelderland zijn gesticht door nieuwkomers in de 3e, 4e of 5e eeuw.


De kern van de Romeinse nederzetting ligt ten westen of oosten van vindplaats 2a zuid. (Bron: vd Linden 2007)


Doorsnede van een gevonden waterput. (Bron: vd Linden 2007, 74)

Helaas zijn er geen huisplattegronden gevonden, mede door de beperkte omvang van de opgraving. De kern van de nederzetting ligt waarschijnlijk een stukje verderop. Wel konden archeologen enkele bijgebouwen zoals spiekers, hutkommen en schuren herkennen, als ook afvalkuilen en waterputten. Botanisch onderzoek toont aan dat de vindplaats in een open landschap lag met hier en daar wat bomen, vooral els en eik en in mindere mate line en iep. In de directe omgeving lagen akkers waar rogge en tarwe werd verbouwd. Pollen van specifieke onkruidsoorten duiden op graslanden, waarschijnlijk weidegrond. De bewoners hielden runderen en varkens.

Bronnen en verwijzingen

Literatuur

  • Linden, B. van der, 2007. Archeologische opgraving. Tracé Rondweg Zeddam N 316, vindplaats 1 en 2. Doetinchem. 
  • B.A. van der Linden; H.W. van den Klaveren, 2004, "Tracé rondweg N316 Zeddam, vindplaats 1 en 2", DANS Data Station Archaeology, V1