Ga naar inhoud

Didam

In Didam zijn bij de aanleg van het bedrijventerrein Kollenburg in 2001 opvallende vondsten gedaan. De boerderijen zijn typisch Germaans/Frankisch, maar de nederzetting ademt van alle kanten Romeinse invloed. Zo zijn er tientallen Romeinse munten gevonden, van keizer Nerva (96-98) tot en met keizer Magnus Maximus (383-388). Opvallend is verder de aanwezigheid van dakpannen en honderden kilo’s natuursteen, mogelijk hergebruikt bouwmateriaal uit de verlaten forten langs de limes. Glas en sieraden tonen aan dat het hier gaat om een welvarende, geromaniseerde nederzetting met sterke banden met de andere zijde van de Romeinse grens.


Het opgravingsterrein in 2001. (Bron: Koster 2001)


Mooi bronzen zwijntje, opgegraven in Didam. (collectie Liemers Museum, foto RomeinenNU)

In de nederzetting moet een smid actief zijn geweest die niet alleen overweg kon met ijzer, maar ook met brons, getuige enkele smeltkroezen, bronsslakken en gietmallen. Hij heeft zelfs ook goud gesmeed. Tot de bijzondere vondsten horen verder een bronzen everzwijntje, een niet zo heel fraai beeldje van de godin Minerva en een hoekje van een dodecaëder. De dodecaëder is een mysterieus voorwerp met twaalf vlakken waarvan alleen exemplaren in Noordwest-Europa zijn gevonden. Mogelijk werd het gebruikt als astronomisch meetinstrument om de geschikte zaaitijd te bepalen. Uit Gelderland is nog één andere dodecaëder bekend, namelijk in Elst.

Bronnen en verwijzingen

Literatuur

  • Koster, A., H. Tomas & W. Verwers, 2001. Venster op het verleden.Didam-Kollenburg in de Laat-Romeinse tijd. Drempt.