Ga naar inhoud

Ridderkerk

In de gemeente Ridderkerk zijn verschillende Romeinse vindplaatsen bekend. Ze dateren allemaal tussen de 1e eeuw en de 3e eeuw. Opvallend daarbij is dat er nauwelijks vondsten bekend zijn van voor en vlak na de Romeinse tijd. Pas in de loop van de late middeleeuwen (vanaf ca. 1000) streken hier weer mensen neer die zich actief bezighielden met de ontginning van het veenlandschap.

In deze omgeving heeft (nog) geen grootschalig onderzoek naar de Romeinse periode plaatsgevonden. Mede daardoor zijn er geen huisplattegronden en/of grafvelden bekend. Maar de vondst van ruime hoeveelheden aardwerk op verschillende sites toont aan dat hier wel degelijk mensen hebben gewoond in de Romeinse tijd. Het aardewerk laat alle variaties zien: plaatselijk, handgevormd aardewerk, geverfd aardwerk, ruwwandig en gladwandig en een enkele scherf terra sigillata.

Romeinse kan, gevonden in Ridderkerk. Bron: Erfgoedbeleid Ridderkerk.

 

Deel van de archeologische kaart van Ridderkerk. De lichtbruine kleur onderaan vormt de Romeinse oever van de Waal – de stipjes zijn vindplaatsen, waaronder de aanlegsteiger bij Rijsoord. Bron: Erfgoedbeleid Ridderkerk.

De Waal ten zuiden van Ridderkerk functioneerde tot de afdamming in 1331 als rivier. In 1967 kwam tijdens zandwinning in de Waal bij Rijsoord een groot aantal palen bloot te liggen. Zowel BOOR als ROB deden waarnemingen. De houten constructie bestond uit een dubbele rij van palen, paarsgewijs verbonden door een of meer daaraan verbonden horizontale dwarsbalken. De hele constructie bleek tenminste 30 meter lang en liep parallel aan de oever. Aangepunte funderingspalen staken minstens twee meter diep in de toenmalige zandbodem van de Waal.

Archeologen vermoeden dat de constructie deel uit maakt van een aanlegsteiger. Dat deze uit de Romeinse tijd stamt, wordt aannemelijk door de vele Romeinse scherven die amateurarcheologen vonden in het opgebaggerde zand. De constructie is overigens niet onder water onderzocht: de palen kwamen door het zandzuigen los en stegen daarna naar het wateroppervlak. Van de hele houten constructie is, op enkele monsters na, niets overgebleven.

Bronnen en verwijzingen

Literatuur

  • Hageman, R. IJsselmonde: een archeologische kartering, inventarisatie en waardering. Deel II: catalogus. BOOR rapport 8, Rotterdam 1991.
  • Erfgoedbeleid Ridderkerk, Uitwerking deel 1 archeologiebeleid. BOOR Rotterdam 2013.