Ga naar inhoud

Beleef het zelf | Een verdronken verleden...

| Wouter Hinrichs

 

Stel je voor: een verdronken fort, op de bodem van een meer. Nooit is het gevonden. Geen enkele kaart die specifiek aanduidt waar het ligt. Maar er is wel een steen met inscripties die wijzen op het bestaan van het fort. Het klinkt wellicht als een verhaal uit de bundel van de gebroeders Grimm, maar in Nederland is een plek waar dit verhaal echt speelt: ik neem je vandaag mee naar het ‘mysterie’ van de Romeinen in de Bijland. 

De Bijland is een recreatieplas bij het Gelderse Lobith en Herwen, twee dorpen vlak bij de grens met Duitsland. Hier stroomt de Rijn vanuit Duitsland Nederland binnen. Deze rivier diende in het merendeel van de Romeinse tijd als natuurlijke aanduiding voor de noordelijke grens van het Romeinse Rijk. Aan de zuidoevers van de Rijn bevond zich de Romeinse provincie Germania Inferior en ten noorden van de rivier Magna Germania, het ‘land der vrije Germanen’.

Om controle te houden op de lokale bevolking en het grensgebied van het noordelijke Romeinse Rijk te verdedigen, werd op de zuidoevers van de Rijn een netwerk aan forten, wachttorens, wegen en havens aangelegd. Deze specifieke verdedigingslinie strekte zich grofweg uit van Rheinbrohl in Duitsland tot aan Katwijk aan zee in Nederland. Deze noordelijke rijksgrens wordt tegenwoordig aangeduid als de ‘Neder-Germaanse Limes’.

Bij de Bijland moet een van de grensforten hebben gestaan. Maar er is niet precies bekend waar... Waarom niet? Ligt er wel echt een fort? Zoeken we wel op de juiste plek?

Een reconstructie van het landschap in de Romeinse tijd. Op de kaart zien we de Neder-Germaanse Limes in Nederland. © Olav Odé

In 1938 werd een bijzondere vondst gedaan die doet vermoeden dat hier een fort heeft gelegen. In dat jaar werd bij het maken van de recreatieplas een Romeinse grafsteen gevonden met inscripties, toebehorend aan een soldaat genaamd Marcus Mallius. Hij was onderdeel van het eerste legioen, waarvan bekend was dat zij in de regio gevestigd waren om de noordelijke limes te verdedigen. Uit de inscripties was te lezen dat hij begraven was ‘bij de dam bij Carvium’. Men denkt dat dit gaat over de ‘dam van Drusus’, een waterwerk dat vlak voor het begin van de jaartelling in opdracht van de Romeinse veldheer Nero Claudius Drusus werd gebouwd. De dam was gelegen nabij het castellum Carvium. De bekende Romeinse schrijver Tacitus noemde de dam eveneens in een van zijn geschriften. Dit moet toch betekenen dat er iets op deze plek geweest is?

Een reconstructie van castellum Carvium en de daarbij gelegen dam van Drusus, een tekening door Mikko Kriek.

De gevonden grafsteen van Marcus Mallius, tentoongesteld in Museum Het Valkhof in Nijmegen.

In de loop van de 20e eeuw werden nog vele vondsten gedaan in en rondom de Bijland. Zo werd er onder meer een verzilverde zwaardschede gevonden en nog vele andere militaire vondsten. Naar aanleiding van deze vondsten werden op het meer onderzoeken uitgevoerd naar de ligging van het fort. Bij een van deze onderzoeken werd op ongeveer 12 meter diepte een dikke puinlaag aangetroffen waar de baggeraar niet doorheen kwam. Het materiaal uit de puinlaag bestond voornamelijk uit tufsteen, een steensoort uit het Duitse Eifelgebied die de Romeinen veel gebruikten  voor de bouw van structuren in de noordelijke provincies. Eveneens werd recentelijk door archeologisch onderzoek bekend dat nabij de Bijland een Romeinse vicus is aangetroffen. Een vicus was een klein dorp dat zich vaak ontwikkelde naast een Romeins fort. Hier woonden handelaren en ambachtslieden die profiteerden van de aanwezigheid van het Romeinse leger.

Zijn dit allemaal aanwijzingen dat in de Bijland, onder bodem van het meer, nog steeds een Romeins fort zou kunnen liggen? Ja! Weten we het heel zeker? Niet echt, helaas…

Je denkt misschien nu ‘Oké dit is interessant, maar dit blog heet ‘Beleef het zelf!’ Wat valt er dan te zien?’. Een hele goede vraag!

De Bijland is tegenwoordig een recreatieplas waar mensen joggen of een rondje lopen met de hond. Op het eerste gezicht zie je hier niks terug van hoe het er in de Romeinse tijd heeft uitgezien. Toch zijn op sommige plekken kleine verwijzingen te vinden. Zo is aan de Herwensedijk de grafsteen van Marcus Mallius te zien, Een levensecht replica van het origineel staat op een klein pleintje, dat uitkijkt over het recreatiegebied. De originele grafsteen is te bezichtigen in de collectie van Museum Het Valkhof in Nijmegen.

Het replica van grafsteen van Marcus Mallius aan de Herwensedijk, vlakbij waar de steen werd gevonden in 1938. © Wouter Hinrichs

We gaan iets verder! We lopen nu langs de rand van het meer. Hier op de dijk staat een informatiebord over het ‘verdronken castellum’. Het bord wordt vergezeld door een groot ijzeren raamwerk. Het is wat moeilijk te zien, maar als je de blauwe lucht op de achtergrond hebt, zie je in de ijzerdraden een Romeinse legionair! Wellicht is dit Marcus?

Het raamwerk van een Romeinse soldaat op de oever van de Bijland. © Wouter Hinrichs

Hoewel deze plekken beide leuke verwijzingen zijn naar de Romeinse geschiedenis van het gebied, is het toch echt het meer en de omgeving die de meeste indruk maakt. De ondergaande zon over het meer, de vogels in de verte, maar voornamelijk de stilte. Het voelt er mysterieus. Je krijgt het gevoel dat er ‘iets’ zit.

Mocht je dit niet zo ervaren en zie je het verleden niet terug, wees niet getreurd: op het moment worden plannen ontwikkeld om hier verandering in te brengen en het verleden zichtbaarder te maken voor het publiek. Onder coördinatie van Erfgoed Gelderland en in samenwerking met de gemeente Zevenaar en verschillende andere (lokale) partijen zal de spannende geschiedenis van de Bijland snel een nieuw gezicht krijgen. Wordt het verhaal van het castellum nu toch na al die eeuwen weer zichtbaar? Zullen we een reconstructie van de dam van Drusus zien? We moeten het geduldig afwachten.

De Bijland met zonsondergang. © Wouter Hinrichs